Populaire zoektermen

Brede Welvaart Circulariteit Verbonden gemeenschappen Water

SDG verhalen: Martien Lankester en biologische landbouw

Gepubliceerd op:
Header afbeelding

Martien Lankester (69) uit Iens werd 12 oktober 2018 benoemd tot Officier in de Orde van Oranje Nassau. Hij ontving deze onderscheiding als waardering voor zijn levenslange inzet voor de biologische landbouw. Martien is bijvoorbeeld directeur van de Avalon Foundation. Een organisatie die in meer dan 30 landen projecten heeft ontwikkeld en uitgevoerd, op het gebied van duurzame en biologische landbouw. Daarnaast richtte hij Stichting Soune Groun (Gezonde Bodem) op. Deze stichting wil vooral biologische landbouw in eigen land promoten.

Martien vertelt: “Eigenlijk begint het verhaal in Oost Afrika. Het waren de jaren zeventig en ik trok daar als student een tijdje liftend rond. Het toeval wilde, dat ik werd opgepikt door een Amerikaanse arts die daar met voeding bezig was. Zijn verhaal sloot aan bij mijn gedachte, dat de medische wereld eigenlijk te eenzijdig symptomatisch bezig is. Voorkomen is immers beter dan genezen.

Geïnspireerd keerde ik naar Amsterdam terug en begon een biologisch restaurant. Naast mijn studie kon ik zo lekker met eten experimenteren. Zelf probeerde ik ook allerlei voeding uit en gaf workshops. Het was de hippietijd! Maar eigenlijk zijn mijn ideeën en voorkeuren nooit meer wezenlijk veranderd.”

De boer
De boer kan de dokter van de toekomst zijn. Als we ons voedsel op een respectvolle manier verbouwen, komt dat ten goede aan de gezondheid van de aarde en uiteindelijk ook aan onze eigen gezondheid. Verder ervaar ik internationale contacten nog steeds als enorm inspirerend.

Inspiratie is belangrijk als je boeren wilt stimuleren naar een meer natuurinclusieve bedrijfsvoering om te schakelen. Daarnaast moet er kennis zijn, markt voor de nieuwe producten en hulp bij de omschakeling. Vooral dat laatste wordt nog wel eens vergeten, terwijl boeren voor grote uitdagingen staan. We zouden ze veel meer op een voetstuk moeten plaatsen en beslist meer voor hun producten moeten betalen.

Ik ben een groot voorstander van het doorrekenen van de werkelijke kosten die onze gangbare voedingswaren met zich meebrengen. Welke impact heeft die kilo half om half gehakt bijvoorbeeld op onze gezondheid, de biodiversiteit, bodem en klimaat?

Het mooiste van dit werk vind ik de contacten met al die verschillende mensen. Sommigen beschikken over ontzettend beperkte middelen en doen toch zo hun best.

Bodem
Drie jaar geleden verscheen er een rapport van de landbouwuniversiteit Wageningen over de grondkwaliteit in de Flevopolder. Deze blijkt achteruit te hollen. Net als met ons lichaam gaan we met de bodem te symptomatisch om. Als er een stofje mist, dienen we dat toe. Het liefst in grote hoeveelheden. Terwijl we beter het zelfherstellend vermogen van de bodem kunnen stimuleren.

Het stemt mij optimistisch dat de meerderheid van de boeren zich momenteel realiseert, dat we toe zijn aan een herbezinning, als het om onze landbouwgrond gaat. Het is letterlijk de bodem onder hun bedrijfsvoering en ze voelen op hun symbolische klompen aan, dat het anders moet. Al in 1990 richtte ik daarom Stichting Soune Groun op, om de biologische landbouw in Friesland te promoten. Maar toen leefde dit besef nog niet zoals nu.

Natuurinclusief
Alle landbouw zou natuurinclusief moeten zijn. We moeten natuurinclusief echter wel beter definiëren, anders wordt het een containerbegrip, net zoals duurzaam. Ik ben ervan overtuigd dat we met biologische landbouw de wereld kunnen voeden, mits we dat op de goede plekken doen. Daarom heb ik in 1991 Stichting Avalon Foundation opgericht. Om de biologische landbouw ook internationaal te stimuleren.

We gaan bij voorkeur in op verzoeken van lokale organisaties en onze hulp kan van alles behelzen: opleidingen, advies, voorbeeldbedrijven, enz. In het buitenland wordt landbouw meestal veel kleinschaliger bedreven dan bij ons. En meestal door vrouwen. Door de groene revolutie, waarin onze Westerse landbouwmethoden aan de rest van de wereld zijn opgedrongen, is veel van hun traditionele kennis verloren gegaan, of op de achtergrond geraakt. Vaak zijn ze al enorm geholpen met praktisch advies over basiszaken als compostgebruik en vruchtwisseling (niet te vaak hetzelfde gewas op dezelfde plek verbouwen).

Contacten
In Kroatië hebben we echter jarenlang aan een meer beleidsmatig project gewerkt. Dat land was tot de Europese Unie toegetreden en moest dus aan onze Europese wetgeving voldoen. We hebben er Natura 2000 geïmplementeerd, een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. De Wereldbank financierde dat.

In Bulgarije deden we weer iets heel anders. Daar was een prachtig natuurgebied, maar met noodlijdende boeren. Met geld van de Postcode Loterij hebben we daar geholpen een duurzaam bed & breakfast systeem op te zetten om boeren te helpen aan extra inkomsten.

Het mooiste van dit werk vind ik de contacten met al die verschillende mensen. Sommigen beschikken over ontzettend beperkte middelen en doen toch zo hun best. Ik was bijvoorbeeld in Kyrgyzstan boeren aan het trainen met betrekking tot compost. Een groepje was druk in een bult compost aan het scheppen, die ze net op het land hadden gebracht. Toen ik vroeg wat ze aan het doen waren, bleek dat ze wormen zochten om terug te brengen naar hun composthoop. Ik had immers verteld dat die cruciaal zijn voor het composteringsproces. Ik moest ze geruststellen dat die er vanzelf wel weer in komen. Prachtig toch?”

Dit is een artikel in de serie Koplopers van SDG Netwurk Fryslân, gemaakt door Janna van der Meer.

Terug naar al het nieuws

© De Uitkijkers | Alle rechten gereserveerd